Julius Kurt Lazarus was de zoon van Rosa Bentheim en Moritz Lazarus en kwam uit Duitsland.  Na de dood van zijn vrouw (11 februari 1939 in Berlijn) bekeerde hij zich tot het katholicisme. Met de hulp van Barones Maimi  von Mirbach - die veel joden heeft proberen te redden - wist hij in 1938 naar Nederland te ontkomen. Op 16 juni 1940 werd hij vanuit Hoorn naar vluchtelingenkamp Westerbork overgebracht. Na diverse omzewervingen gaat hij 31 januari 1941 naar opvangkampen in de Heilig Landstichting. Van daaruit vestigde hij  zich op 28 november 1941 in Nijmegen, Berg en Dalseweg 22.

Toen hij in 1942 weigerde de Jodenster te dragen, werd hij gearresteerd, vastgezet in het Huis van Bewaring te Arnhem en van daaruit weggevoerd  naar Kamp Amersfoort. Op 22 april 1943 werd hij via Amsterdam met transport 60 naar Theresienstadt gedeporteerd. Lazarus stond vermeld  op de Frontstrijderslijst  (wie op deze lijst stond kon op een speciale behandeling rekenen), mogelijk is dat de reden geweest dat hij geruime tijd in Theresienstadt heeft kunnen blijven. Het heeft hem echter niet van de dood gered.  Op 14 oktober 1944  is hij in Auschwitz vermoord.  

Bron: PK (geb.datum 23 jan.1891); elders o.a. OGS 23 maart 1891; Joods Monument en Community; www.wikipedia.de voor Maimi von Mirbach  www.oorloginnijmegen.nl transportlijsten Westerbork- Theresienstadt   Theresienstadt-Auschwitz