Het waren zware bommen uit Amerikaanse bommenwerpers die een groot deel van het Nijmeegse stadscentrum troffen, net nadat het sein veilig was gegeven. Dit 'gelegenheidsbombardement' was geen vergissing. Het stationsgebied van bezet Nijmegen was namelijk een van de "targets of opportunity" toen de doelen in Duitsland wegens slecht weer onbereikbaar bleken. Deze ramp kostte bijna 800 burgers het leven.
De aan elkaar gebouwde huizen Krayenhofflaan 116 en 118 werden door het bombardement getroffen. Nadat ze waren ingestort, vlogen ze in brand. Op nummer 118 kwamen vijf mensen om het leven. De bewoonster mevrouw Teeling, haar schoonzus en schoonfamilie uit Amsterdam en Enschede die voor een begrafenis bij haar verbleven, kwamen door een voltreffer om. Haar man Carel Teeling was 's ochtends naar school vertrokken waar hij les gaf. Hij zou voor het middagmaal terugkeren. Bij aankomst trof hij zijn huis in brand. In het huis op nr. 120 stierven mw. Van Doorn-Hoffman, haar dochter Margaretha Munneke -Van Doorn en haar zoontje Berend Munneke (Bron: COD 2789, PV.)
Op de begraafplaats Graafseweg staat op de plek van het massagraf een monument en op het pleintje bij het stadhuis als gedenkteken de schommel, ongeveer op de plaats waar de Montessorikleuterschool stond, waar zoveel kinderen zijn omgekomen. In het stadhuis een wand met alle ca. 800 namen, voorzover die bekend waren in 2002. Op deze site zijn sinds 2007 alle aanvullingen en verbeteringen op de tot dan toe bekende gegevens ingevoerd.
In een "Big Week" in februari '44 wilden de Amerikaans Air Force en de Royal Air Force de Duitse oorlogsindustrie, vooral die van vliegtuigen, een genadeslag toebrengen door massale zware bombardementen. En juist op 22 februari '44 liep dat mis door plotseling verslechterende weersomstandigheden. De eskaders moesten terugkeren naar hun basis en toen ontstond een chaos in het luchtruim boven Duitsland en Nederland. Om hun bommen kwijt te raken zochten de vliegers conform hun instructies een "target of opportunity". Helaas voor Enschede, Deventer, Arnhem en Nijmegen zagen ze deze steden aan als mogelijk doel zonder te beseffen dat deze steden niet in Duitsland lagen. Vooral Nijmegen en Enschede werden zwaar getroffen. Zie ook de folder van de tentoonstelling Bommen op Burgers die van februari tot augustus 2014 te zien was in het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis.
Bronnen: (Frank Eliëns), Geraakt in het hart, Nijmegen 22 februari 1944 (Nijmegen 2000; Bart Janssen, De pijn die blijft (Nijmegen 2005); Joost Rosendaal, Nijmegen '44 (Nijmegen 2009); bidprentje voor alle slachtoffers op www.noviomagus.nl B 109 en op dezelfde site de namen van de slachtoffers en ca. 270 bidprentjes van slachtoffers; e-mail H.J. Hendriks 6.4.09 met foto van monument en massagraf-heuvel Graafseweg. Zie ook de documentaire van Ruud den Brok uit 2005 op YouTube. Op 22 februari 2020 onthulde wethouder Vergunst een overzichtsbord van de graven op de Begraafplaats Daalseweg.
Het waren zware bommen uit Amerikaanse bommenwerpers die een groot deel van het Nijmeegse stadscentrum troffen, net nadat het sein veilig was gegeven. Dit 'gelegenheidsbombardement' was geen vergissing. Het stationsgebied van bezet Nijmegen was namelijk een van de "targets of opportunity" toen de doelen in Duitsland wegens slecht weer onbereikbaar bleken. Deze ramp kostte bijna 800 burgers het leven.
De aan elkaar gebouwde huizen Krayenhofflaan 116 en 118 werden door het bombardement getroffen. Nadat ze waren ingestort, vlogen ze in brand. Op nummer 118 kwamen vijf mensen om het leven. De bewoonster mevrouw Teeling, haar schoonzus en schoonfamilie uit Amsterdam en Enschede die voor een begrafenis bij haar verbleven, kwamen door een voltreffer om. Haar man Carel Teeling was 's ochtends naar school vertrokken waar hij les gaf. Hij zou voor het middagmaal terugkeren. Bij aankomst trof hij zijn huis in brand. In het huis op nr. 120 stierven mw. Van Doorn-Hoffman, haar dochter Margaretha Munneke -Van Doorn en haar zoontje Berend Munneke (Bron: COD 2789, PV.)
Op de begraafplaats Graafseweg staat op de plek van het massagraf een monument en op het pleintje bij het stadhuis als gedenkteken de schommel, ongeveer op de plaats waar de Montessorikleuterschool stond, waar zoveel kinderen zijn omgekomen. In het stadhuis een wand met alle ca. 800 namen, voorzover die bekend waren in 2002. Op deze site zijn sinds 2007 alle aanvullingen en verbeteringen op de tot dan toe bekende gegevens ingevoerd.
In een "Big Week" in februari '44 wilden de Amerikaans Air Force en de Royal Air Force de Duitse oorlogsindustrie, vooral die van vliegtuigen, een genadeslag toebrengen door massale zware bombardementen. En juist op 22 februari '44 liep dat mis door plotseling verslechterende weersomstandigheden. De eskaders moesten terugkeren naar hun basis en toen ontstond een chaos in het luchtruim boven Duitsland en Nederland. Om hun bommen kwijt te raken zochten de vliegers conform hun instructies een "target of opportunity". Helaas voor Enschede, Deventer, Arnhem en Nijmegen zagen ze deze steden aan als mogelijk doel zonder te beseffen dat deze steden niet in Duitsland lagen. Vooral Nijmegen en Enschede werden zwaar getroffen. Zie ook de folder van de tentoonstelling Bommen op Burgers die van februari tot augustus 2014 te zien was in het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis.
Bronnen: (Frank Eliëns), Geraakt in het hart, Nijmegen 22 februari 1944 (Nijmegen 2000; Bart Janssen, De pijn die blijft (Nijmegen 2005); Joost Rosendaal, Nijmegen '44 (Nijmegen 2009); bidprentje voor alle slachtoffers op www.noviomagus.nl B 109 en op dezelfde site de namen van de slachtoffers en ca. 270 bidprentjes van slachtoffers; e-mail H.J. Hendriks 6.4.09 met foto van monument en massagraf-heuvel Graafseweg. Zie ook de documentaire van Ruud den Brok uit 2005 op YouTube. Op 22 februari 2020 onthulde wethouder Vergunst een overzichtsbord van de graven op de Begraafplaats Daalseweg.