Gerard Rieter werd op 6 oktober 1913 in Arnhem geboren als oudste zoon van Johannes Augustus Hubertus Rieter en Maria Jozefina Cornelia Smits, die samen 12 kinderen kregen. Gerard sneuvelde als SS-Unterscharführer (volgens de Volksbund echter als SS-Rottenführer), toen de SS-troepen (Regiment Nordland en Westland) zich in september 1942 een weg vochten door het bergland van Ssagopschin(Sagopshin) naar Malgobek, een belangrijk centrum van de oliewinning in zuid-oost Rusland.

Gerard was een broer van verzetsman Constant H. Rieter, die betrokken was bij de aanslag op de Duitse militair Otto Geschefsky en van Steef Rieter die op 27 september 1944 door granaatscherven om het leven kwam. Gerard was eerder ruim drie jaar leerling van het Internaat Saint Louis te Oudenbosch en kreeg een militaire opleiding aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda (1929-); hij diende vanaf maart 1932 in het Korps Mariniers in Den Helder (1932-1939). Ontevredenheid over zijn al in 1939 afgebroken militaire carrière bij de Nederlandse Marine leidde waarschijnlijk eind 1941 tot zijn aanmelding bij de SS.

Bronnen: www.volksbund.de (met Garard als voornaam); e-mail Eric Wilderom 24 okt. 1942; weltkriegsopfer (niets); genlias (niets); www.google.com/site/vreemdekrijgsdienst (niets); Henk Termeer,‘Afgestraft verzet. De ‘moordaanslag’ in het Nijmeegse Kronenburgerpark op 6 juli 1944 en de Duitse represailles (met een theoretisch nawoord)’, in: Jaarboek Numaga 69(2022), pp. 116-140.