Karl Fries werd geboren op 9 mei 1921. In 1944 maakte hij als Unteroffizier Flugzeugführer deel uit van het Duitse leger; zijn onderdeel staat aangeduid als "Jagdgeschwader 6-4.Staffel". Karl Fries werd op 1 januari 1945 bij de Operation Bodenplatte door een Spitfire van het 411e Squadron RAF bij Nijmegen neergeschoten. Hij vloog de Focke-Wulf FW 190-A, Kennung "Blaue 13". Zijn stoffelijke resten werden aanvankelijk volgens Richard Schoutissen door Canadese soldaten in een veldgraf in De Rips begraven. Later zijn ze bijgezet op de Duitse militaire begraafplaats in het Limburgse Ysselsteyn.

Bronnen: www.weltkriegsopfer.de ; www.volksbund.de: www.findagrave.com.

Operation Bodenplatte was de wanhopige poging van de Luftwaffe om in een verrassingsaanval in de vroege ochtend van Nieuwsjaardag 1945 alle geallieerde luchtmachtbases in Nederland en België in één klap te vernietigen. Ondanks enkele incidentele successen verloor de Luftwaffe bij deze slecht geplande en slecht uitgevoerde operatie zoveel piloten en zoveel vliegtuigen dat de kracht van de eigen luchtverdediging boven Duitsland nu definitief gebroken was ten voordele van de geallieerde overmacht in de lucht. Dit debacle leidde tot de zogeheten "Meuterei der Jagdflieger" tegen het beleid van Hermann Göring. Deze muiterij verzwakte (het moreel van) de Luftwaffe nog verder.

Bron: www.wikipedia.de : Operation Bodenplatte; e-mail Richard Schoutisse-H.Termeer 19 sept.2013