1940
-
-
-
-
1941
-
-
-
-
1942
-
-
-
-
1943
-
-
-
-
1944
-
-
-
-
1945
-
-
-
-
> 1945
-
-
-
-

Jodenvervolging

Maart/april 1943

Lea Bobbe-Frank

Lea Bobbe-Frank

 

Lea was een dochter van Alexander Frank,  geb. 14-05-1897 te Nijmegen,  en van Alida Henrietta Bosman, geb.19-02-1897 te Rotterdam. Het echtpaar had zes kinderen  t.w. Alida Helena (1920) Aleida Louisa (1932) Abraham (1930) Victor (1931) en Jacob (1933) Alexander overleed in december 1934, Alida op 11 augustus 1935. Het oudste kind, Alida was toen 15 jaar oud en het jongste, Jacob, nog geen twee jaar. De kinderen werden in november 1935 overgebracht naar het landelijke Centraal Israëlitisch Weeshuis in Utrecht.

Lea kon in november 1940 terecht in het werkdorp Wieringermeer. Zij werkte daar in de huishouding en in de tuinbouw. Korte tijd werkte zij ook in Kibboets Franeker en kort daarna werd zij als hulp in de huishouding aangesteld door de Joodse Centrale voor Beroepsopleiding in de Kibboets in Laag Keppel. Op basis van deze functie kreeg zij een "sperr". In april 1942 leerde zij Elkan Bobbe kennen; het OGS geeft als een van zijn beroepen aan "ass. weeshuis".  Beiden hadden een jeugd in weeshuizen gemeenschappelijk. Zij trouwden op 8 april 1943.  Na hun huwelijk  overwogen zij te emigreren en werkten in Laag-Keppel aan de opbouw van het Joodse land in Palestina tot ze in april 1943 in Kamp Vught geïnterneerd werden. Het jonge echtpaar werd op 9 juli 1943 in Sobibor omgebracht.

Haar twee zussen Alida Helena en Aleida Louisa overleefden de oorlog. Alida Helena trouwde later met Henry van de Kley. Beide zussen woonden en overleden in Amsterdam. De drie broertjes Abraham, Victor en Jacob werden op 5 maart 1943 in Sobibor omgebracht.
 
Boudewijn Otten werkt aan een boek over de Nijmeegse familie Frank. Zie oproep op Namen kamp Vught.
 
Het gezin Frank was een echt Nijmeegs gezin. Vader werkte er als koopman en alle zes de kinderen werden in Nijmegen geboren. Beide ouders overleden kort na elkaar in Nijmegen (Alexander in 1934 en Alida in 1935) en lieten zes jonge kinderen achter. De oudste was 15 jaar oud en de jongste nog geen twee jaar. Nijmegen had geen Israëlitisch Weeshuis waardoor de kinderen naar een weeshuis in Utrecht werden overgebracht. De vier oorlogsslachtoffers van dit gezin worden beschouwd als Nijmeegse oorlogsdoden gezien hun sterke binding met de stad tot op het moment dat zij elders naar een weeshuis werden gebracht.

Bronnen:OGS; Joods Monument; PK; e-mail C.Rieter 15 juli 2018 over fam. Frank. Oorlogsslachtoffers Rijnmond

 

Persoongegevens

Overlijdensgegevens

Naam:
L. Bobbe-Frank
Voornamen:
Lea
Roepnaam:
Geslacht:
Vrouw
Nationaliteit:
Nederlandse
Geloof:
Nederlands-Israelitisch
Beroep:
zonder
Burgerlijke staat:
gehuwd
Adres:
Gerard Noodtstr. 62, Nijmegen, op 27-11-'35 naar Utrecht, Nieuwe Gracht 92
Woonplaats:
Utrecht
 
Geboortedatum:
22-03-1923
Geboortedatum toevoeging:
Geboorteplaats:
Nijmegen
Datum:
09-07-1943
Datum toevoeging:
Leeftijd:
20 jaar

Plaats:
Sobibor (P)
Locatie:
Vernietigingskamp Sobibor
Begraafplaats:
Sobibor
Omstandigheid:
vergast/vermoord
 
Categorie:
Burgers: Joden
Dossiernummer:
OGS

Weeshuis: kinderen Frank

Toen Alida Henriëtta Frank-Bosman op 11 augustus 1935 overleed liet zij 5 kinderen verweest achter, 3 jongens en 3 meisjes. De de oudste was 15 jaar en de jongste 1 jaar oud. Hun vader de Nijmeegse koopman Alexander Frank was een jaar eerder in 1934 op 37-jarige leeftijd gestorven. Het gezin woonde in de Gerard Noodtstraat 62, waar de synagoge aan de andere kant van de straat was. Rabbijn Alexander Salomons was de voogd van de kinderen. De kinderen werden overgebracht naar het Centraal Israëlitisch Weeshuis aan de Nieuwegracht 92.

Twee oudere zussen Alida Helena Frank geboren 1920 in Nijmegen, overleden in 2005 in Amsterdam (gehuwd met Henry van der Kley) en Aleida Louisa Frank, geboren in Nijmegen op 5 januari 1926 en overleden te Amsterdam op 21 november 2011, hebben de oorlog overleefd. Lea, Abraham, Victor en Jacob worden in Sobibor vermoord.

Voor meer informatie: Oorlog in Nijmegen

Foto's: Familiefoto uit Voor Joden verboden van Frank Eliëns; Plaquette van de site Utrechts Gevelteken Fonds - In 1992 – 50 jaar nadat de kinderen en medewerkers waren afgevoerd- werd op initiatief van Mr Sophie Hankes van de Nederlands-Israëlitische Gemeente Utrecht, een hardstenen herdenkingsplaquette onthuld met de volgende tekst.

 

 

Toen Alida Henriëtta Frank-Bosman op 11 augustus 1935 overleed liet zij 5 kinderen verweest achter, 3 jongens en 3 meisjes. De de oudste was 15 jaar en de jongste 1 jaar oud. Hun vader de Nijmeegse koopman Alexander Frank was een jaar eerder in 1934 op 37-jarige leeftijd gestorven. Het gezin woonde in de Gerard Noodtstraat 62, waar de synagoge aan de andere kant van de straat was. Rabbijn Alexander Salomons was de voogd van de kinderen. De kinderen werden overgebracht naar het Centraal Israëlitisch Weeshuis aan de Nieuwegracht 92.

Twee oudere zussen Alida Helena Frank geboren 1920 in Nijmegen, overleden in 2005 in Amsterdam (gehuwd met Henry van der Kley) en Aleida Louisa Frank, geboren in Nijmegen op 5 januari 1926 en overleden te Amsterdam op 21 november 2011, hebben de oorlog overleefd. Lea, Abraham, Victor en Jacob worden in Sobibor vermoord.

Voor meer informatie: Oorlog in Nijmegen

Foto's: Familiefoto uit Voor Joden verboden van Frank Eliëns; Plaquette van de site Utrechts Gevelteken Fonds - In 1992 – 50 jaar nadat de kinderen en medewerkers waren afgevoerd- werd op initiatief van Mr Sophie Hankes van de Nederlands-Israëlitische Gemeente Utrecht, een hardstenen herdenkingsplaquette onthuld met de volgende tekst.

 

 

Lees meer




Voor andere personen bij deze gebeurtenis kies:

Weeshuis: kinderen Frank

Meer dan een naam dankzij u. Heeft u informatie over of foto’s van personen op deze site, stuur deze dan naar ons via contact.