Ook de bevrijding van het Land van Maas en Waal was een zaak van lange adem. Nadat met Nijmegen ook de eerste Maas-en-Waalse dorpen waren bevrijd (Wijchen, Overasselt, Weurt, Beuningen) volgde in oktober en november de bevrijding van de meer westelijk gelegen dorpen. Met name Deest en Wamel kregen het zwaar te verduren. Na de inundatie van de Betuwe begin december 1944 ontstond daar een niemandsland en kwamen de dorpen aan de Waal direct aan de frontlijn te liggen. Vandaar dat daar naast geallieerde militairen ook Nederlandse stoottroepen werden ingezet. Pas na de geallieerde bevrijding van Arnhem en het oosten van het land (vanuit Duitsland) in maart en april 1945, keerde de rust hier terug en kon het herstelwerk beginnen.