1940
-
-
-
-
1941
-
-
-
-
1942
-
-
-
-
1943
-
-
-
-
1944
-
-
-
-
1945
-
-
-
-
> 1945
-
-
-
-

Jodenvervolging

23 februari 1943

Gedenkplaat Kitty de Wijzeplaats

Anna Flegenheimer

Anna Sara Flegenheimer

 

Anna Sara Flegenheimer kwam in 1939 naar Nederland en vestigde zich op 11-10-1940 in Nijmegen, komende vanuit Rotterdam. Zij was gescheiden. Zij wordt soms nog vermeld onder de naam Schwabacher-Flegenheimer. Zij werd vermoedelijk opgepakt tijdens de razzia november 1942. Toen werd ook Lina Cohn opgepakt, die op hetzelfde adres woonde als Anna. Zij werd gedeporteerd naar het concentratiekamp Auschwitz in Oswiecim (Polen);  op 26 februari 1943 werd Anna omgebracht. 
 
Anna was een dochter van Mozes Flegenheimer en Emma Löwenthal. Zij was de oudste van vier dochters. Haar ouders waren gefortuneerd.  Anna was negentien jaar oud toen zij trouwde met de elf jaar oudere Joodse koopman en later bankdirecteur Louis Schwabacher. Zij kregen twee zonen Kurt in 1911 en Manfred in 1920.  In 1926 is het echtpaar gescheiden. 
 In 1929 werd haar zoon Kurt eerst naar Antwerpen en daarna naar Rotterdam gestuurd (firma L. Hendrix, groothandel ) met de bedoeling zich te scholen en later in Stuttgart het familiebedrijf over te nemen. In 1930 overleed de moeder van Anna en met haar jongere zoon Manfred trok zij in bij haar vader in Stuttgart in de ouderlijke Jugendstilvilla. In de jaren 30 werd aan de naam van het familiebedrijf "Flegenheimer M."ook "Schwabacher A. " toegevoegd. Na de machtosovername door de nationaalsocialisten bleef er weinig over van het familiebedrijf. Manfred vertrok in 1936 naar Rotterdam. Twee jaar later vertrok hij naar Canada waar hij studeerde, een academische graad behaalde, de naam J. Stevens aannam en in 1954 naar de VS emigreerde.
 
De drie zussen van Anna waren eind jaren 30 ook geëmigreerd. De bejaarde vader wilde niet emigreren. Na lange aarzeling is  Anna op 10-07-1939 naar Rotterdam vertrokken, waar zij bij haar zoon Kurt en schoondochter woonde.  Drie maanden later stierf haar vader. In oktober 1940 vestigde Anna zich in Nijmegen,* . Haar zoon Kurt, lid van de Joodse Raad, heeft alles in het werk gesteld om te vermijden dat zijn moeder gedeporteerd zou worden. Zijn pogingen mislukten.  Anna werd na twee jaar in Nijmegen te hebben gewoond, opgepakt en werd omgebracht in Auschwitz. Kurt, zijn vrouw en dochter zijn aan de dood ontsnapt in Bergen-Belsen en in 1945 teruggekeerd naar Nederland.  Ook haar drie zussen hebben de oorlog overleefd. 
 
Bronnen : www.stolpersteine-stuttgart.de  * er staat vermeld in deze bron dat Anna in Nijmegen was ondergedoken; foto van Joodsmonument.nl; de naam van mevrouw Flegenheimer staat vermeld op de internetsite Joods Monument, onder http://www.communityjoodsmonument.nl/person/126617/nl ; en op de internetsite van de Oorlogsgravenstichting onder http://srs.ogs.nl/index.php?go=home.slachtoffer&q=s__flegenheimer&id=42761 .

NB.  Op de internetsite Joods Monument is als voornaam van mevrouw Flegenheimer vermeld alleen "Anna".  De toevoeging "Sara" is vermoedelijk die van de Duitse wettelijke maatregel van jodenvervolging, waarbij aan de voornamen van joodse vrouwen verplicht de naam Sarah en aan die van joodse mannen verplicht de naam Israel werd toegevoegd, als deze niet al deel uitmaakten van de oorspronkelijke voornamen.  

 

Persoongegevens

Overlijdensgegevens

Naam:
A. S. Flegenheimer
Voornamen:
Anna Sara
Roepnaam:
Geslacht:
Vrouw
Nationaliteit:
Duitse
Geloof:
Nederlands-Israelitisch
Beroep:
zonder
Burgerlijke staat:
gescheiden
Adres:
Nijmegen, Sint-Annastraat 206
Woonplaats:
Nijmegen
 
Geboortedatum:
11-11-1889
Geboortedatum toevoeging:
Geboorteplaats:
Stuttgart (D)
Datum:
26-02-1943
Datum toevoeging:
Leeftijd:
53 jaar

Plaats:
Oswiecim (P) = Auschwitz
Locatie:
Oswiecim (Polen), concentratiekamp Auschwitz
Begraafplaats:
[niet van toepassing]
Omstandigheid:
vergast/vermoord
 
Categorie:
Burgers: Joden
Dossiernummer:
OGS

Transport 51: Westerbork-Auschwitz

Bij het transport op 23 februari 1943 werden 1101 joden afgevoerd, van wie 110 kinderen. Meer dan 1000 werden meteen in Auschwitz vergast. Negentig joden mochten zich dood werken. Slechts vier joden in dit transport, 2 mannen en 2 vrouwen, overleefden de hel vanAuschwitz.

Bron: G. Luijters, In Memoriam, p.377-380

Bij het transport op 23 februari 1943 werden 1101 joden afgevoerd, van wie 110 kinderen. Meer dan 1000 werden meteen in Auschwitz vergast. Negentig joden mochten zich dood werken. Slechts vier joden in dit transport, 2 mannen en 2 vrouwen, overleefden de hel vanAuschwitz.

Bron: G. Luijters, In Memoriam, p.377-380

Lees meer




Voor andere personen bij deze gebeurtenis kies:

Transport 51: Westerbork-Auschwitz

Meer dan een naam dankzij u. Heeft u informatie over of foto’s van personen op deze site, stuur deze dan naar ons via contact.