Abraham Frank woonde met zijn drie zussen en twee broers samen met zijn ouders in Nijmegen, Gerard Noodtstraat 62. Zijn vader, Alexander Frank,  was koopman en overleed op 37-jarige leeftijd in december 1934. Zijn jongste kind, Jacob, was toen één jaar oud. Nog geen jaar later - op 11 augustus 1935, overleed ook de moeder, Alida Henriëtta Frank-Bosman. Het oudste kind Alida Helena, was toen 15 jaar oud en het jongste nog geen twee jaar.

In Nijmegen was geen Israëlitisch weeshuis en de kinderen werden in november 1935 overgebracht naar het Centraal Israëlitisch Weeshuis aan de Nieuwegracht 92. Eind 1942 werden de kinderen van dit weeshuis naar Westerbork overgebracht. De drie broers Abraham, Victor en Jacob werden op 5 maart 1943 in Sobibor vermoord. Op 5 juli 1943 werd hun oudere zus Lea Bobbe-Frank en haar man Elkan Bobbe eveens in Sobibor omgebracht.

Twee oudere zussen Alida Helena Frank geboren 1920 in Nijmegen, overleden in 2005 in Amsterdam (gehuwd met Henry van der Kley) en Aleida Louisa Frank, geboren in Nijmegen op 5 januari 1926 en overleden te Amsterdam op 21 november 2011, hebben de oorlog overleefd. Het gezin Frank was een echt Nijmeegs gezin. Vader Alexander werkte als koopman in Nijmegen, was in Nijmegen geboren en alle zes de kinderen eveneens. Zij gingen in Nijmegen zeer waarschijnlijk ook naar school. Zij werkten en speelden in deze stad. Beide ouders overleden in Nijmegen. De kinderen, tussen de 2 en 15 jaar oud, werden naar een weeshuis in Utrecht gebracht enkel en alleen omdat in Nijmegen geen Israëlitisch weeshuis was. De vier oorlogsslachtoffers beschouwt de werkgroep dan ook als Nijmeegse slachtoffers. Lea Frank is 8 april 1942 getrouwd met Elkan Bobbe, zie Lea Bobbe-Frank elders op deze site.

Bronnen: Schrijfwijze op de transportlijst Abraham Franck. Joodsmonument; Oorlogsgravenstichting